← 20. De opeenvolging van plantgemeenschappen
Nu je hebt geleerd over de miraculeuze en de mycorrhizale schimmels, wil je ze eigenlijk niet meer verstoren. Maar hoe produceren we dan ons voedsel? Op die vraag is geen eenduidig antwoord te geven. Elke bodem, elk persoon, elk klimaat, elk plantje, elke boom heeft zijn eigen unieke wensen. Alles wat je erover zegt of schrijft is een generalisatie, en uiteindelijk gaat het om diversiteit.
De pioniersfase gaat gepaard met allerlei ziektes, plagen en andere problemen. Toch willen we heel graag ons voedsel in deze fase produceren, dus brengen we de bodem steeds weer in de pioniersfase door te spitten, te frezen en te ploegen. Alle beschavingen die hun voeding op eenjarigen hebben gebaseerd, zijn er aan ten onder gegaan. Wij zijn geen uitzondering op deze regel. We moeten wat anders proberen om het klimaat leefbaar te houden, weer gezond te worden en voedselzekerheid te garanderen.
Het is zeker mogelijk om groente te telen zonder te spitten (no-dig gardening), maar als we meer aandacht zouden geven aan vaste gewassen, was het ook niet eens zo'n enorm probleem om zo hier en daar te spitten (behalve voor de tuinier, die vecht de hele tijd tegen plagen en ziekten en krijgt last van zijn rug). Maar de schaal waarop de planeet nu wordt omgeploegd is ongekend. Toch is dat aan het minderen: in veel landen (waar het niet zo vlak is als hier) wordt vaak niet meer geploegd omdat het te veel energie kost en enorme erosie veroorzaakt. Ze zaaien gewoon tussen de gewasresten van het jaar ervoor. De grap is dat ze jaar na jaar méér gaan produceren, terwijl ze er minder energie instoppen.
Experimenteer maar een beetje met licht schoffelen in plaats van spitten, en mulchen in plaats van wieden en zoek eens naar vaste varianten van eenjarigen, of naar soorten die zichzelf uitzaaien. Er is zoveel meer mogelijk, en er ligt nog een enorme hoop potentie onbenut.
En vraag je ook eens af of je misschien blij moet zijn met je aangevreten sla: de paardenbloemen bevatten veel meer fytonutriënten. En aan smaken kun je wennen; om de paar weken krijg je nieuwe smaakpapillen. Zoek eerst eens uit of een plant eetbaar is voordat je hem de oorlog verklaart.
En naarmate je bodem verder in balans komt, worden jouw planten steeds sterker terwijl de onkruiden (pioniersplanten) verdwijnen. En misschien mis je ze dan zó, dat je de spa weer uit het vet haalt. En op zich is daar niks op tegen. In de natuur zijn er er ook beestjes die de boel soms eens flink omwoelen: mollen, zwijnen, woelmuizen, ... Daarmee creëren ze lokaal pionierssituaties, zodat de biodiversiteit toeneemt. Maar de mens is de enige die dat met hectaren tegelijk doet, en dat gaat alleen maar ten koste van de biodiversiteit.